Mooi Frankrijk

Vr. 10 juni. Op advies van Walter gaan we onze plannen wijzigen. We laten Nimes voor wat het is – alhoewel hij dat nog wel als eerste had aanbevolen – maar rijden naar Saintes- de-la-Mer, gelegen aan de Middellandse zee. Het eerste gedeelte is wat saai maar het laatste deel is een mooi natuurgebied en we signaleren zelfs flamingos. We parkeren aan de rand van het stadje op een grote parkeerplaats en gaan dus het stadje verkennen.
Het is een zigeuner bedevaartsoord maar super toeristisch.
We dwalen door de straatjes en langs de boulevard.
Het is een mooi wit stadje. Liny bofte want er was markt.
Aansluitend rijden we naar Aigues Mortes. Een volledig ommuurd stadje; een juweeltje. We parkeren op een grote betaald parkeerterrein en doen eerst een tukje. Vervolgens gaan we het stadje verkennen met halverwege een terrasje. Nogmaals werkelijk een juweeltje en dat was ook te merken aan de prijzen van de drankjes. Tot slot rijden we naar La Grande Motte en strijken neer op camping ‘La Petit Motte’. La Grand Motte is begin 20e eeuw als vakantie- bestemming ontworpen door de beroemdste Franse architect Le Corbusier (aldus Walter Janssens) Het is ook werkelijk een bijzonder architectuur stadje.
Za. 11 juni. We verlaten ‘Le Petit Motte’ en gaan op weg naar naar Sete. We weten niet wat deze dag ons brengt en wat Sete is. Het eerste gedeelte van de route is landschappelijk mooi. Sete zelf viel ons wat tegen. Het is een havenplaats met aardig wat industrie. We rijden door tot praktisch in het centrum maar vinden geen geschikte parkeergelegenheid en besluiten door te rijden naar Beziers. Hier ligt aan het ‘Canal Du Midi’ een negentrapssluis, d.w.z. negen sluizen aaneengesloten. Hier waren we in 1999 ook eens, het jaar dat onze Koen is overleden. We parkeren op een betaald parkeerplaats a la € 7,- ( ja het mag wat kosten ) en wandelen via een planken looppad naar het kanaal en de sluisjes. Liny gaat lekker op een bankje in de schaduw zitten en ik wandel langs de sluizen op en neer en maak de nodige foto’s. Het is heel apart, negen sluizen achter elkaar.
Tot slot rijden we naar een camping 7 km. verderop in Colombiers en genieten we van het zonnig weer.
Zo. 12 juni. We wilden eerst een dag blijven maar echt gezellig is de camping ook niet en we gaan verder. Om 10.00 u. verlaten we de camping van Colombiers en gaan op weg naar de Cols. We wilden via Narbonne naar Carcassonne maar zagen na enige tijd dat onze TomTom ons niet via Narbonne liet rijden maar via een kortere route; een z.g. B route. We laten het maar zo en rijden werkelijk een geweldig mooie natuur routen via allerlei mooie dorpjes. Na ruim drie uur vindt ik het welletjes en we zoeken een camping en dat wordt camping ‘De la Serre’ nabij Lavelanet. Een prachtig terrein maar de kampeerplekken?? ho maar. Een zeer oneffen terrein en nergens schotel ontvangst. Na een uur proberen om de camper een beetje waterpas te krijgen en met schotel ontvangst, wat dus niet lukte’, besluiten we 30 km. verderop te gaan en landden op camping ‘Du Lac’ in Foix.
Werkelijk een schitterende camping, met restaurant en wifi en schotelontvangst. We besluiten hier 2 nachten te blijven. En de prijs? € 17,60 per nacht, All inclusive. Na een enerverende dag besluiten we in de campingrestaurant te eten. Nou ja restaurant? Een eetgelegenheid in een grote tent. Liny doet lux, een entrecote en ik hou het bij inktvis met een heerlijke soort frites.
Ma. 13 juni. We hebben dus een rustdag. Het heeft zowat de hele nacht geonweerd maar desondanks goed geslapen en we slapen lang uit. We nemen geen ontbijt maar rond het middaguur een stevige brunch. En nu zit ik hier te tikken vlakbij de receptie en de enigste plek met wifi; dus ik hoop dat dit er vandaag uitgaat.
Tot later, Filippus en Engelina.